God's Kingdom Ministries
Serious Bible Study

GKM

Donate

Hoofdstuk 15: Bevestiging

“Hoe kwam je aan jouw naam?” vroeg ik Atsa.

“Toen ik nog heel jong was,” zei hij, “dwaalde ik een klein eindje van mijn huis af en toen dreigde een coyote me te pakken. Een grote arend dook naar beneden en joeg hem weg. De arend hield de wacht boven me in de lucht, totdat ik weer thuis was. Mijn vader heeft de coyote niet gezien, maar toen ik thuiskwam zag hij de arend vlakbij op de grond landen. Hij liet zich aanraken door mij en toen wist mijn vader dat de arend een speciale interesse in mij had. Daarom kreeg ik de naam Atsa, of Arend.”

“Is dat dezelfde arend in die boom?” vroeg ik opnieuw.

“Nee,” zei hij, “maar wanneer het belangrijk is om iets te weten dan verschijnt er een arend, misschien één van zijn familie. Er wordt gezegd dat arenden de ogen van God hebben en vleugels van de Geest. Deze arend heeft mij en mijn vrienden naar Newkirk geleid om jouw woorden van de Schepper te horen. De arend wilde dat we jouw boodschap zouden horen en dus wisten we dat jij de waarheid sprak.”

“Bedoel je Kuyani en Kika?” vroeg Maggie.

“Ja, we zijn al vrienden sinds onze kindertijd,” antwoordde Atsa.

“Wat is de betekenis van hun namen?” vroeg Maggie opnieuw.

“Kuyana betekent liefhebben, 186 en Kika betekent wijsheid. Maar ik laat ze zelf hun verhaal vertellen.”

We liepen verder over het bergpad totdat we bij de herberg kwamen, waar mijn vrouw al op me wachtte. Ze was eerder aangekomen dan verwacht en de hereniging was meer dan welkom. Ik stelde haar voor aan Maggie en Atsa, die in de lounge stonden te wachten terwijl we haar tassen naar de kamer brachten. We aten een snelle lunch in de herberg, terwijl ik de gebeurtenissen van de dag aan mijn vrouw vertelde. Daarna keerden we terug naar Newkirk in mijn truck.

De bel op het Stadsplein werd opnieuw niet bewaakt, dus luidde ik hem éénmaal en liep onmiddellijk weg, voordat de toorn van het Raadslid mij kon vinden. Het duurde niet lang voordat ons hele gezelschap weer compleet was, maar helaas kon niemand van ons melden dat Jozef gevonden was.

“Ik geloof dat iedereen er is,” zei Joshua.

“We geloven dat hij in Cosmos is,” informeerde Atsa hen. “Arendsogen hebben hem gezien. Maar als dat zo is, dan ging hij daar niet heen omdat hij het zelf wilde. Het bebloede shirt zegt ons dat hij werd ontvoerd. Als hij vrijwillig was gegaan dan had hij ons tegen deze tijd wel een bericht gestuurd.”

“Drie van ons,” voegde ik daaraan toe, “zijn net naar de berg geweest, waar de Stem ons vertelde dat we de opdracht hebben gekregen ‘om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan geketenden hun bevrijding.' Misschien moeten we beginnen met Jozef. We geloven dat hij in leven is, maar als dat het geval is wordt hij zeker gevangen gehouden. Het lijkt erop dat de Stem alleen nog wacht op onze instemming en ons dubbele getuigenis, om Zijn Woord op de aarde te bevestigen.”

Ze bevestigden allemaal mijn woorden, en daarom riepen we luid: “We maken vrijlating bekend aan gevangenen! We verkondigen vrijheid aan geketenden!” Onze stemmen echoden door de straten van de stad en al snel kwam de oude man van van de Gemeenteraad haastig op ons af, hijgend en puffend met een rood hoofd, en duidelijk zeer beledigd. “Stop met die herrie!” eiste hij. “Jullie verstoren de vrede en maken iedereen bang!”

“We getuigen van de Schepper Zijn stem,” vertelde ik hem. “Het is een prioriteit om God te gehoorzamen in plaats van mensen, 187 in het bijzonder als hun opdrachten tegenstrijdig zijn. U zult dat zeker wel weten.”

“Natuurlijk weet ik dat,” wierp hij terug. “Maar de Schepper spreekt door ons – de Gemeenteraad – en niet door jullie. Wij zijn degenen die bepalen wat werkelijk Zijn stem is. We kunnen het niet hebben dat iedereen zomaar kan claimen dat hij Zijn stem hoort. Vindt u ook niet? Dat zou ons chaos, verwarring en heel veel tegenstellingen brengen. En dan zou er snel verdeeldheid heersen.”

“Waarom leert u de mensen dan niet om Zijn stem goed te verstaan?” vroeg ik. “God zou willen dat al Zijn mensen Zijn stem horen en profeteren.” 188

“Dat is belachelijk!” schreeuwde de oude man bijna. “Ze zijn niets anders dan gepeupel, enkel geschikt om geleid te worden door wijzen en geleerden.”

“Dit gepeupel zal binnenkort profeteren,” wierp ik terug, “en hun woorden zullen de hemelen en de aarde schudden. Ongetwijfeld zal er wel eens iemand dwaasheden spreken, vanuit zijn eigen vleselijke hart, maar hun woorden zullen ontmaskerd worden zodra ze in het licht van de waarheid komen te staan. De Schepper ziet hen niet als gepeupel, maar als Zijn kinderen. Elke liefhebbende vader leert Zijn kinderen om naar Zijn stem te horen.”

“God is geen man!” schreeuwde hij naar me. “Het is godslasterlijk om Hem met gewone vaders te vergelijken! Hij is hoog en verheven! Hij is onkenbaar! Hij is de grote Schepper!”

“Maar Hij is ook heel dichtbij,” antwoordde ik, “en Hij is een nederig God, die Zich niet schaamt om ons Zijn kinderen te noemen. Zijn verlangen en Zijn doel is om verenigd te worden met Zijn kinderen en om hen Zijn wegen te leren. In feite is het hele doel en de bestemming van de schepping, om verenigd te worden door liefde, zodat de aarde een uiting wordt van alles wat Hij is.”

“Je hebt het verkeerd,” hield de oude man vol. “De Schepper maakte dit alles uit niets en het zal voor altijd van Hem gescheiden blijven en inferieur voor Hem zijn. Materie is slecht, en zal uiteindelijk vernietigd en verbrand worden. Zij die het goede hebben gedaan, en zich hebben onderworpen aan de Raad, zullen deze aarde verlaten en in de hemel leven.”

Joshua onderbrak nu het gesprek. “Deze visie komt van de Griekse filosofen, niet van de echte profeten. De profeten zeggen dat alle dingen goed geschapen zijn, 189 en dat de zonde daarna kwam. Zonde is tijdelijk en het plan van de Schepper is om de zonde uit te roeien, niet om Zijn goede schepping te vernietigen. Zonde heeft een vloek over de schepping gebracht waardoor het onrein en onheilig werd. De Schepper hoeft Zijn Schepping niet af te danken vanwege die vloek. Het is Zijn plan om de vloek te elimineren, zodat de schepping in haar oorspronkelijke staat zal worden hersteld, waardoor zij haar bestemming zal vervullen.”

“Er valt niet met jou te praten,” antwoordde de oude man. “Jij bent een deel van het gepeupel. En jullie zijn allemaal goede voorbeelden van waarom we de Gemeenteraad nodig hebben, om te besluiten wat waarheid is en wat niet. Als het aan jullie lag dan werden alle mensen gered en zou er geen stukje van de schepping verloren gaan. Dan zou er geen gerechtigheid zijn op aarde. Maar wij weten dat het grootste deel van de schepping voor altijd verloren zal gaan.”

Joshua antwoordde, “Alle dingen kwamen uit Hem, zij gaan door Hem, en zij keren terug tot Hem. 190 De schepping kwam uit God Zelf. Het werd gemaakt uit God-deeltjes. En wanneer een daarvan verloren gaat, zal de Schepper voor altijd incompleet zijn. Daarom roept Gods plan op tot herstel 191 en niet tot afscheiding en vernietiging.”

“De Gemeenteraad heeft die visie vele eeuwen geleden afgewezen. Deze visie werd niet meer aangehangen sinds de eerste paar eeuwen in de geschiedenis van Kirk. De gevestigde leer van onze traditie is nu die van eeuwige scheiding.

“Misschien moet die traditie worden herzien,” mompelde ik zachtjes, “want ik herinner me dat dit de mensen werd opgelegd met veel geweld, jaloezie, en zelfs moord.” 192

“Wat zei je daar?” vroeg de oude man.

“Niets,” antwoordde ik. “Verder discussiëren dient geen enkel doel. Onze visies zijn als tegenovergestelde polen. Alleen een radicale ingreep van de hemel kan dit conflict oplossen.”

“Laten we vertrekken,” zei ik tegen ons gezelschap. “We hebben werk te doen.”

We liepen naar de rand van de stad, terwijl de oude man terugkeerde naar zijn bezigheden in de Gemeenteraad. Terwijl we op weg waren, nam Joshua me terzijde en fluisterde, “Terwijl jullie op de berg waren, besloot ik om de Gemeenteraad te inspecteren. Ze hadden vandaag een gesloten vergadering, maar ik vond een open raam en was in staat om te horen wat ze bespraken. Ze hadden het over Jozef en het werd duidelijk dat zij hem vroeg deze morgen ontvoerden, toen hij terugkwam van het Indianendorp. Ze hebben samengezworen met de Gemeenteraad van Cosmos en Jozef aan hen uitgeleverd.”

“Waarom zouden ze dat doen?” vroeg ik.

“Ze overtuigden de Raad van Cosmos ervan dat Joze evengoed een bedreiging was voor hen, als voor Newkirk en dat hij erop uit was om hun gezag te ondermijnen. Niet alleen Newkirk, maar ook Cosmos en de andere steden verderop in de vallei zijn gebouwd op land van de stam. Wanneer Stamhoofd Hiamovi zijn gezag over alle stamland uit zou oefenen, zou dit het hele gebied kunnen beïnvloeden.”

“Ik begrijp het. Het is overduidelijk dat zij vooral bang zijn om hun machtspositie te verliezen,” concludeerde ik. “Het is begrijpelijk vanuit hun positie gezien.”

Toen we arriveerden aan de rand van de stad, waar de spionnen van de Raad ons niet konden afluisteren, deelden Joshua en ik onze zorgen met de groep. “We weten door een afgeluisterde discussie van de Gemeenteraad dat Jozef gevangen zit in Cosmos. Maar omdat het al laat wordt vandaag zullen we morgen naar Cosmos gaan om te zien of we Jozef kunnen vinden.


Voetnoten

  1. — Kuyani betekent liefde in Quechua.

            [Noot van de vertaler: Quechua is een inheemse taal van de centrale Andes, een groot gebied in Zuid Amerika. Meest bekend als de hoofdtaal van het Inca-rijk]
  2. — Handelingen 5:29.
  3. — Numeri 11:29.
  4. Genesis 1:31.
  5. — Romeinen 11:36.
  6. — Handelingen 3:21.
  7. — Dit gebeurde in het jaar 400. Zie het boekje A Short History of Universal Reconciliation (Korte geschiedenis van de universele verzoening)